Nieuws
26.04.2023

Wat is erfrecht en hoe werkt het?

Het erfrecht regelt wat na het overlijden van iemand met zijn of haar vermogen, de zogenoemde nalatenschap, moet gebeuren. Zowel naar het Nederlandse als naar het Duitse recht blijven goederen na het overlijden van de oorspronkelijke eigenaar niet zonder eigenaar. Op het moment van overlijden gaat elk vermogensbestanddeel dat tot de nalatenschap behoort, op een nieuwe eigenaar over, ook wanneer hij of zij hiervan niet op de hoogte is.

In de meeste rechtsstelsels van de wereld gaat de eigendom in een rechte lijn naar beneden (kinderen of kleinkinderen) of naar boven (ouders of grootouders) en bij gehuwde erflaters (gedeeltelijk) aan de echtgenoot of partner over. In het Duitse recht erven bijvoorbeeld de kinderen, wanneer de vader niet getrouwd is en drie kinderen heeft, elk een derde van de nalatenschap. Is hij wel getrouwd, erft de echtgenote volgens het erfrecht een kwart, afhankelijk van het huwelijksregime soms twee kwart. De rest wordt dan onder de kinderen voor gelijke delen verdeeld.

Een legaat is niet hetzelfde als een erfenis. Bij een legaat bepaalt de erflater in een testament dat de legataris een bepaald voorwerp uit de nalatenschap moet ontvangen, bijvoorbeeld een schilderij, een geldbedrag of de auto van de overledene. In dat geval moet de erfgenaam, de eigenaar van het voorwerp, dit aan de legataris overhandigen, die daarna de eigenaar wordt.

Zowel het Nederlandse als het Duitse recht kennen een zogenoemde wettelijke erfopvolging waarbij dus bij wet is bepaald wie erfgenaam wordt. Daarnaast kan volgens beide rechtsstelsels in principe elke volwassene een testament opstellen. Hierin kan hij of zij vastleggen wie erfgenaam wordt of wie een legaat ontvangt. Voor zover het testament aan de wettelijke vereisten voldoet (Nederland: notariële akte, Duitsland: handgeschreven of notariële akte), kan in het testament van de wettelijke erfopvolging worden afgeweken. De moeder kan daarom bepalen dat bijvoorbeeld maar een kind de erfgenaam wordt of een vriendin, Greenpeace of iemand anders.

In Duitsland kunnen echtgenoten ook een gezamenlijk testament opstellen. Daarnaast kunnen twee of meerdere personen een erfovereenkomst afsluiten. Zij hoeven geen familie van elkaar te zijn. In beide gevallen is het testament of de erfovereenkomst uiterlijk vanaf het moment van overlijden van de eerste echtgenoot of partij, die de overeenkomst heeft afgesloten, bindend. Dit betekent dat het testament of de erfovereenkomst niet meer door de langstlevende kan worden gewijzigd. In de regel kan de langstlevende ook geen nieuw testament meer opstellen. In Nederland kent men deze regeling niet.

In beide rechtsstelsels bestaat er een legitieme portie. Legitieme portie betekent dat bepaalde personen, indien ze bij testament of erfovereenkomst zijn onterfd, wettelijk recht hebben op een deel van de erfenis. Deze regeling is bedoeld om de naaste familieleden te beschermen. In Nederland hebben de echtgenoot en de kinderen van de overledene recht op een legitieme portie. Naar Duits recht hebben ook ouders recht op een legitieme portie. Zowel in Nederland als in Duitsland bedraagt de legitieme portie de helft van het wettelijke erfdeel. Als een vader bijvoorbeeld een dochter en een zoon maar geen vrouw achterlaat, erven beide kinderen naar Nederlands recht elk de helft van de nalatenschap. Als de vader in een testament bepaalt dat de dochter alles krijgt, wordt zij bij het overlijden van de vader de enige eigenaar van zijn gehele nalatenschap. De zoon kan echter zijn legitieme portie opeisen. In dat geval moet de zus aan de broer de helft in geld betalen van wat de zoon volgens de wet zou hebben geërfd, namelijk een kwart van de nalatenschap. De zoon heeft dus geen aanspraak op specifieke bestanddelen van de nalatenschap, maar wel op het bedrag in geld.

Sinds 2015 is de Europese erfrechtverordening van kracht. Volgens die verordening wordt het toepasselijke erfrecht na het overlijden van een persoon op basis van zijn of haar laatste woonplaats bepaald. De nationaliteit speelt hierbij geen rol. Dit geldt ook voor personen die geen EU-burgers zijn, maar hier wonen. Wanneer dus iemand uit Duitsland, Italië of Oeganda in Amsterdam woont, is na zijn of haar overlijden op iedereen Nederlands erfrecht van toepassing.

De Europese erfrechtverordening staat een rechtskeuze toe, maar alleen voor het recht van het land waar men is geboren. Een in Duitsland woonachtige Nederlandse kan daarom in haar testament een keuze voor het Nederlandse erfrecht maken. Aangezien in Duitsland heteroseksuele partnerschappen – anders dan in Nederland – niet met het huwelijk gelijkgesteld zijn, kan een dergelijke rechtskeuze zinvol zijn om te voorkomen dat ouders recht hebben op een legitieme portie. Vooral in grensoverschrijdende situaties, dat wil zeggen wanneer het recht van meerdere landen van toepassing kan zijn, is het daarom raadzaam om juridisch advies in te winnen om dit zo goed mogelijk te regelen.

Contactpersoon